Denise Probst-Massin
Denise Probst-Massin | ||||
---|---|---|---|---|
Persoonsgegevens | ||||
Geboren | Brussel, 19 februari 1913 | |||
Overleden | 18 oktober 1980 | |||
Geboorteland | ![]() | |||
Beroep(en) | textielkunstenaar, glazenier | |||
|
Denise Probst-Massin (Brussel, 19 februari 1913 – ?, 18 oktober 1980) was een Belgisch textielkunstenaar en glazenier.[1]
Leven en werk
Denise Massin werd geboren in Brussel,[1] waar ze studeerde aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Brussel.[2] In 1936 trouwde ze met de Luxemburgse kunstenaar Émile Probst (1913-2004). Ze woonden begin jaren 50 in Saarbrücken en hadden een eigen atelier in glasramen en wandtapijten in Brussel.
Probst-Massin maakte geweven en geknoopte (wand)tapijten en 'schilderijen' van verschillende stoffen. Samen met haar man ontwierp ze glas-in-loodramen die werden geplaatst in België, Duitsland en Luxemburg. Een voorbeeld van een gezamenlijk werk van Émile en Denise Probst is een ontwerp voor een wandtapijt van Onze-Lieve-Vrouw van Troost voor de kapel van Glacis onder Limpertsberg, een van de stadsdelen van Luxemburg.[3] Het is rechtsonder gesigneerd E+D Probst, ze gebruikten ook wel het monogram EPD (met een verlengde P). Het werk van Denise Probst werd een aantal keren samen met dat van haar schoonzus, de keramiste Colette Probst-Wurth, getoond, onder meer tijdens de Women's International Exposition in New York (1950), in Galerie La Cité (1977)[4] en -postuum- in Galerie Simoncini in Luxemburg-Stad (1984).
Denise Probst-Massin overleed op 67-jarige leeftijd.[5] Haar man maakte een herdenkingsraam, dat werd geplaatst in de kerk van Longsdorf.
Enkele werken
- 1950 wandtapijt Renaissant de mes cendres.[6]
- 1966 ontwerp wandtapijt (4x3 meter) van Onze-Lieve-Vrouw van Troost voor de kapel van Glacis, samen met haar man. Uitgevoerd door de firma De Wit.
- glas-in-loodramen voor de Sint-Pauluskerk (ca. 1953) in Heidstok (Völklingen, Duitsland), de Kirche Herz Mariä (1956) in Dorf im Wandt (Großrosseln, Duitsland), de Sainte-Vierge-Marie (1956) in Capellen (Luxemburg), de Martin-Luther-Kirche (1957) in Webenheim (Blieskastel, Duitsland) en voor de Église de la Nativité de la Bienheureuse-Vierge-Marie (1960) in Schlindermanderscheid (Luxemburg), in samenwerking met haar man.[7]
Werk in openbare collecties
- Musée National d'Histoire et d'Art
- Kurpfälzische Museum Heidelberg