SIR-model_(epidemiologie)

■ Vatbare mensen
■ Besmette(lijke) mensen
■ Genezen mensen
Een epidemie begint op tijd t=0 met 500 vatbare personen S (blauwe punten) maar houdt vanzelf op tijd t=60 op, als er geen vatbare personen meer zijn. Alle 500 zijn dan genezen: de rode punten van R. In de tussentijd heeft het aantal besmette(lijke) mensen (groen) een piek bereikt en gaat naar nul aan het eind.Totaal aantal personen N = S + I + R = 500.
In dit model vallen er geen doden en wordt ongeveer de helft van de bevolking besmet (groen).

Het SIR-model naar Kermack en McKendrick (1927) is een eenvoudig ziektecompartimentenmodel.
Drie compartimenten
De situatie wordt vereenvoudigd tot drie compartimenten: S (vatbaar; susceptible), I (besmettelijk; infectious) en R (genezen; recovered). Dit is een eenvoudig model voor ziekten als mazelen, bof en rodehond.
Deze letters worden ook gebruikt om het aantal individuen in elk compartiment aan te geven; dit is tijdsafhankelijk: S(t), I(t) en R(t)
In het flowdiagram kan bij elke pijl een overgangssnelheid aangegeven worden:
λ wordt ook infectiekracht genoemd, δ de genezingssnelheid (het omgekeerde van de infectieduur D: δ = 1/D).
Berekening R0
Aan de hand hiervan kan het reproductiegetal R0 berekend worden:
Literatuur
- Kermack, W.O. en McKendrick, A.G. (1927): A contribution to the mathematical theory of epidemics, Proceedings of the Royal Society of London, 115:700-721
- Brauer, Fred en Castillo-Chávez, Carlos: Mathematical models in population biology and epidemiology. Texts in applied mathematics 40, Springer New York 2001, p. 281 - 288, section 7.2 A simple epidemic model.